Preek van 26 januari 2020

Preek van 26 januari 2020

Eigen aan het katholieke geloof is de hoeveelheid van allerlei soorten van paters, zusters, broeders, fraters, monniken en monialen. Je hebt Jezuïeten, Franciscanen, Dominicanen, Kapucijnen, Benedictinessen, fraters van Tilburg, broeders van Maastricht, zusters franciscanessen van Oirschot, zusters van liefde, enz., enz. Zoveel verschillende kloosterorden dat je haast door de bomen het bos niet meer kunt zien.

Iedere orde en congregatie is een antwoord op de vraag: ‘hoe kan ik als christen leven?’ ‘Hoe kan ik het evangelie beleven?’ Iedere congregatie of orde legt zijn eigen accent en dat noemen we met een mooi woord: charisma. Ieder heeft zijn eigen charisma. Trouwens alle gedoopten hebben van God een charisma ontvangen. Ons leven bestaat er in om te ontdekken wat ons charisma is, zodat we vanuit die roeping zin kunnen geven aan ons leven. Voor de een is dat charisma een leven vol hoop, voor een ander ene leven vol naastenliefde, voor weer een ander een leven vol geduld of vol zorg voor de armen of zelf een arm leven leiden of een leven van toegewijd werk.

Al die verschillende charisma’s heeft God ons gegeven tot opbouw van de gemeenschap van gelovigen, de kerk. Al die verschillende charisma’s van religieuze instituten in de kerk zijn daarom zo mooi: de armoede van de franciscanen, de geleerdheid van de dominicanen, de ziekenzorg van de franciscanessen, de armenzorg van de zusters van liefde, het gebed van de karmelietessen. Het zijn gaven tot opbouw van de kerk. We hebben deze specialisten nodig, omdat wij allemaal niet álles kunnen doen. Wanner het religieuze leven dus verdwijnt in onze dagen, verdwijnt ook de veelkleurigheid van de kerkgemeenschap en dat is te betreuren.

Toen onze Stichters, die wij vandaag vieren, in 1098 naar het Franse plaatse Cîteaux trokken hadden zij in zichzelf het charisma van de zuiverheid ontdekt, de puritas. Niet een morele of seksuele zuiverheid maar de zuiverheid waardoor God zichtbaar wordt in onze wereld. Zij wilden een zuiver christelijk en monastiek leven, zonder allerlei ballast waar achter God verstopt was. Zij zochten naar een zuiverheid in leven, in architectuur, in het omgaan met de schepping, in het overschrijven van boeken, in handenarbeid. In alles zochten zij deze zuiverheid, opdat God in alles zou worden verheerlijkt.

Thomas Merton, de grote trappist uit de 20ste eeuw, heeft ooit eens gezegd: ‘Monniken zijn als bomen die ’s nachts in stilte bestaan en ervoor zorgen dat wij weer zuivere lucht kunnen ademen.’ Dat is onze roeping en ons charisma als trappisten. Zorgen dat mensen weer zuivere lucht kunnen inademen. Robertus, de eerste abt van Cîteaux, zuiverde de lucht door de stilte in het leven centraal te stellen. Albericus, de tweede abt van Cîteaux, zuiverde de lucht door soberheid centraal te stellen. Stefanus, de derde abt van Cîteaux, zuiverde de lucht door solidariteit, een band van onderlinge liefde centraal te stellen.

Zo proberen wij als monniken van Koningshoeven door een leven in stilte, soberheid en solidariteit de lucht te zuiveren. Onze broeder Christian zaliger heeft ooit eens gezegd: ‘De muur rond onze abdij is er niet om de wereld buiten te sluiten, maar vormt een filter dat alleen de diepere dimensie van het leven binnen wil laten komen.’

Dat is de zuiverheid die wij vandaag als kerk en samenleving zo hard nodig hebben: de diepere dimensie van het leven. Daarom hebben wij kloosters nodig en is het goed om dit feest van de Stichters te vieren. Het doet ons nadenken over onze opdracht, ons charisma dat wij ontvangen hebben van God tot heil van kerk en wereld.

1e lezing: Sirach 44, 1.10-15; 2e lezing: Hebreeën 11, 1-2.8-16; evangelie: Marcus 10, 24b-30
De evangelietekst uit de Willibrordvertaling 1978:
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Kinderen, wat is het moeilijk voor degenen die op rijkdom vertrouwen het koninkrijk Gods binnen te gaan. Voor een kameel is het gemakkelijker door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke in het koninkrijk Gods te komen.” Toen waren de leerlingen nog meer verbijsterd en ze zeiden tot elkaar: “Wie kan dan nog gered worden?” Jezus keek hen aan en zei: “Dit ligt niet in de macht der mensen, maar wel in die van God: want voor God is alles mogelijk.” Daarop nam Petrus het woord en zei: “”Zie, wij hebben alles prijsgegeven om U te volgen.” Jezus antwoordde: “Voorwaar ik zeg u: er is niemand die huis, broers, zusters, moeder, vader, kinderen of akkers om Mij en om de Blijde Boodschap heeft prijsgegeven, of hij ontvangt nu, in deze tijd, het honderdvoud aan huizen, broers, zusters, moeders, kinderen en akkers. Zij het ook gepaard met vervolgingen, en in de toekomstige wereld het eeuwige leven.”