Intreden in vijf stappen
De weg naar volledige opname in de abdijgemeenschap verloopt op Abdij Koningshoeven in vijf fasen.
Fase 1: oriënteren
Met oriënterende gesprekken komen de kandidaat en wij er samen achter of de aspirant-monnik voldoende gemotiveerd is en of hij het kloosterleven geestelijk en lichamelijk aan kan. Aan het eind van deze fase bepaalt de leiding van de abdij een datum van 'intrede'. Wij raden u aan om tevoren de website eNovice te raadplegen.
Fase 2: het postulaat
Eenmaal ingetreden, leeft de kandidaat minimaal een half jaar met de gemeenschap mee. Doel: vertrouwd raken met het ritme van ons leven. Deze periode heet 'postulaat'.
Fase 3: de inkleding en het noviciaat
Besluiten we samen om verder te gaan, dan vindt de 'inkleding' plaats. De postulant ontvangt hierbij het habijt. Dat is het startpunt van een proeftijd van twee jaar: het noviciaat. Onder begeleiding van een novicenmeester begint hij als novice aan zijn vorming tot monnik. Hij krijgt een basisopleiding over de kernthema's van het kloosterleven, over de spiritualiteit en de geschiedenis van onze orde.
Fase 4: Tijdelijke geloften
Na het noviciaat vraagt de novice om toelating. Daarbij legt hij de 'tijdelijke geloften' af. Dat zijn er drie. Hij belooft:
- stabiliteit (en zich te binden aan de kloostergemeenschap);
- gehoorzaamheid (aan God, de abt en zijn medebroeders);
- monastiek levensgedrag (het leiden van een sober, oprecht, zwijgzaam, zuiver en celibatair leven).
De kloostergemeenschap stemt over de toelating. De novice mag door als een meerderheid vóór stemt. Is de novice toegelaten tot de tijdelijke geloften, dan volgt nog eens een periode van minstens drie jaar van verdere vorming. Hij verricht lichte werkzaamheden en draagt enkele verantwoordelijkheden. Op Koningshoeven is het gebruikelijk dat de novice in deze periode elk jaar opnieuw de tijdelijke geloften aflegt.
Fase 5: de eeuwige geloften
Verloopt deze periode van verdere vorming naar tevredenheid van beide partijen, dan is de tijd rijp voor definitieve toelating in ons midden. De kandidaat vraagt om te worden opgenomen en belooft hierbij hetzelfde als bij de tijdelijke geloften, maar nu voor de duur van het leven: de eeuwige geloften (de grote professie).